In 1853 werd door de Jezuïeten op het terrein van de ‘Papenhoek’ een nieuw seminariegebouw opgericht. Het nieuwe gebouw diende ter vervanging van diverse kleine en verspreid liggende oude gebouwtjes waaruit het in 1818 gestichte kleinseminarie bestond.
Op de neoclassicistische toegangspoort prijkt het hardstenen wapen van monseigneur Joannes Zwijsen, de eerste aartsbisschop van Utrecht na het herstel van de bisschoppelijke hiërarchie in 1853. Het wapen draagt een kardinaalshoed terwijl Zwijsen toen nog bisschop was. De poort heeft net als een klassieke triomfboog drie rondbogen, met een grote dubbele toegangsdeur in het midden en twee kleinere aan weerszijden. De grote deur ging alleen open voor koetsen. De poort vormde de enige toegang tot het seminarieterrein, dat destijds grotendeels omsloten was door de stadsgrachten en een tuinmuur.
In 2007-2008 is de poort gerestaureerd. De hardstenen vazen bovenop de poort zijn replica’s van de oorspronkelijke vazen; ook de poortdeuren die in de loop der tijd verdwenen waren zijn toen vervangen door nieuwe deuren in de oorspronkelijke vormgeving.
Lees meer